Eindversterkers met buizen in soorten en maten
Het begin: Single ended
Als de triodebuis rond 1916 door Lee de Forest wereldkundig wordt gemaakt is de eerste, volgens het single ended principe, gebouwde versterker niet zo’n grote stap meer. De opbouw en versterking is rechttoe rechtaan van in- naar uitgang. In de meest simpele vorm is er één spanning versterkende trap en één eindbuis. Nadelen? Behoorlijk veel: een gering uitgangsvermogen, behoorlijk veel vervorming en een laag rendement. Een single ended triodeversterker, de titel wordt pas jaren later officieel gebruikt, geeft in de meest ideale situatie, met de zon hoog aan de hemel, de wind in de rug, maar 25% van het in de anode gestookte vermogen aan de luidspreker, de rest gaat op aan warmte.
De uitgangstransformator moet met een luchtspleet zijn uitgevoerd om kernverzadiging tegen te gaan. De ruststroom, ook wel bias genoemd, loopt immers ook door de primaire wikkeling van de uitgangstransformator. En trafokernen moeten niks hebben van de eenzijdige gelijkstroom die door de wikkelingen lopen die er omheen zijn gelegd. Wat gebeurd er namelijk als het kernmateriaal volledig verzadigd? Dan houdt ‘ie gewoon op met werken. De kern doet niks meer! Om de problemen van een te snel verzadigd kernmateriaal tegen te gaan moeten er wat kunstgrepen uitgehaald worden.
Alles moet groot zijn…
Dat betekent dat we een in verhouding enorm grote trafokern nodig zijn om ondanks de aangebrachte luchtspleet, toch voldoende inductie te krijgen om een fatsoenlijke weergave van de lage frequenties te krijgen. Een te kleine kern geeft er in de lagere octaven snel de brui aan. Daar heeft een single ended versterker zijn reputatie aan te danken dat ze geen strak en diep laag weer kunnen geven.
Grote kwats, een SE versterker die belabberd presteert in de lagere octaven heeft in 9 van de 10 gevallen gewoon een te klein bemeten uitgangstransformator. Goede kwaliteit trafokernen met voldoende ijzer zijn nou eenmaal prijzig. Een gemiddelde uitgangstransformator voor een 8 Watt single ended 300B versterker is minimaal twee keer zo groot als een trafo die voor een 40 watt push pull versterker wordt gebruikt. Maar voor echt compromisarm laag gaan we liever nog een stuk groter.
Waarom zouden we eigenlijk nog?
Zijn er eigenlijk nog wel voordelen van de Single Ended versterkerprincipe? Nou reken maar, met één die daar met kop en schouders bovenuit steekt: de weergavekwaliteit… Er is mij geen versterkerprincipe bekend dat de eerste, aller allerbelangrijkste, Watt beter weergeeft. Geen ander versterkerprincipe laat de akoestiek van de opnameruimte beter beleven, horen en voelen. En geen andere versterker laat de muziek beter vloeiend uit de luidspreker komen dan een mooie goed uitgedachte single ended triodeversterker. Maar let wel weer even op het woordje: ‘mooie’. Een matige gemakzuchtig in elkaar gestoken single ended versterker, en daar zijn er helaas ook genoeg van te vinden, is geen partij voor een mooie push pull versterker.
De mythe dat alleen hoogrendement speakersystemen een single ended versterker tot leven laat komen mag van mij direct naar het land der fabelen. Ik heb al veel verschillende speakerstemen met een gemiddeld rendement in huis gehad, waarvan er een aantal ook op deze HBP site worden besproken, die de huiskamer met groot gemak met muziek vulden achter een 300B SE of 211 SE versterker. Wel een punt van aandacht: er moet geen luidspreker achter een kleine 300B single ended versterker worden gehangen die een excessief lage impedantie bezit en/of door een vervelende uit de pas lopende elektrische fase veel extra stroom uit de versterker vraagt. In dat geval ben je echt beter af met een stevigere…
Ziet er heel mooi uit julie nieuwe site.
Dat er maar heel veel moois op komt te staan.
Gr Hans
Gaarne als extra een klein artikel wijden aan jullie 75 ohm meting van dig.interlinks.
Verder waar blijft de recensie van de MYTEK DAC???
Doorgaan met goede artikelen,vlak voor de vakantie nog wat extra,s!
vr.gr.
Ben van Druten
Food for thought…vind ik ook de buizen gebruikt door NAT audio.
De transmitter (QB5/1750) met 100 watt per kanaal of de Magma (450TH) met maar liefst 160 Watt.
Beide bakken klasse A en single ended !!!!
Erg benieuwd hoe zo iets klinkt. (betalen kan ik het toch niet haha)
Hallo René,
Die grote buizenbakken van NAT heb ik al meerdere keren mogen horen. Die klinken uitstekend. Maar ja, ze zijn kostbaar en alles behalve ‘groen’…haha… Een KT88 versterker of een 300B bakje is daarbij vergeleken een zuinige jongen.
Hallo Dick Ik had een vraagje aan je , heb de Audio Note ANE speaker en wil hier een Sun Audio 2a3 single ended achter.Wat denk jij. mvg Ron
Ik zie geen enkel probleem Ron…:-)
Gaaf artikel, het leest lekker weg en de uitleg is duidelijk. Ik ben benieuwd of je de cyclotron schakeling eens onder de loep hebt genomen, die zie je bijna nergens toegepast. Daar zou ik graag nog het een en ander over willen lezen.
Hallo Milo,
Ik heb zelf geen ervaringen met de Cylotron OTL schakeling. Maar misschien andere lezers?
Ik ben zelf nieuw op het gebied van buizenversterkers, en deze verdere electronica, maar waar zou ik het beste voor kunnen kiezen als ik naar een versterker onder de 1000 euro op zoek ben
Kom je eens hier luisteren ik heb er een stuk 5 in werkende toestand een Supertriode met trafoos van TORROIDY eigenbouw
Inspiratie Triode Dick Zijn bouw ontwerpen waren zo klip en klaar Maar wilde niet meteen 1000€ aan een versterker uitgeven Ook met eigenbouw zit je daar zo aan als je kwaliteit wilt
een Versterker met Hammond trafoos en EL12 eindbuizen ultralineair Denk dat versterkertje net onder de 500€ is gebleven
En ook nog een versterker van Chinese makelij met KT77 pushpull
Meen dat die iets van 750€ nieuw koste weet niet zeker of dat ook ultralin is klinkt anders dan mijn supertriode , maar ik vind het heel veel uitmaken wat je muziek voorkeur is En hoe HARD je wilt draaien
Heb ook nog wat met EL84 bocama la224b dat zijn 10 watt misschien een paar wat meer
Doen het uitstekend ook op de Kef Q9
Speakers doen ook veel die nu in huiskamer staan moet ik wat meer in stoppen als in Kef-Q9
Ik probeer die McIntosh eindtrap te begrijpen. Het schermrooster van de eindtetrodes en de anodes van de stuurtriodes zitten aan de anodes van de andere eindtetrodes. Dat betekent dat als de ene eindtetrode meer stroom gaat trekken haar schermooster en de anode van haar stuurtriode een hogere spanning krijgt, omdat de andere eindtetrode minder stroom gaat trekken. Dankzij de stuursignalen die 180′ uit fase zijn.
Dat lijkt op een soort van meekoppeling. De tetrodes krijgen daardoor een supertriode karakter. Ik neem aan dat die tetrode dip hiermee verholpen is. Boeiende schakeling, vooral het opsplitsen van de primaire wikkeling van de uitgangstrafo. Tetrodes krijgen daardoor op hun kathode een enorme spanning, zodat die stuurtriodes die grote zwaai moeten kunnen maken.
Groet Paul Reus, de Bilt
Dick bedankt voor het overdragen van je Kennis.
Je was mijn inspiratie om weer met buizen te gaan spelen in 2014 en erg veel hulp gehad en nog steeds van Anne Buis
Met vriendelijke groet OpaBert