Column

Column – Wat betreft analoog en digitaal…

Veel audiofielen hebben als definitie: Analoog is vinyl, klasse A, buizen versterkers etc. Digitaal is de CD. Punt. Dit is en blijft een hardnekkig misverstand.
PTP LencoDigitaal betekend gekwantificeerd, of wel: begrensd. M.a.w. Een LP is een digitaal medium. Aantal groeven, aantal oneffenheden in de groeven, is vast, bekend. Na één keer afspelen nog steeds, maar dan met een andere dataset (slijtage, krassen etc).

Converteren en interpreteren

Analoog betekent niets anders dan converteren of te wel interpreteren. In een CD speler zitten dus analoge componenten. De sterkte en kleur van de laser, het optische deel, keuze van de elektromotor etc. Al deze componenten vormen een conversie ergo een interpretatie van het signaal. Eenmaal geconverteerd ontstaat er weer een digitale dataset. Philips CD-100

Shannon

Claude ShannonClaude Shannon (op de foto de man met het krijtje in de hand) heeft in opdracht van AT&T/Bell in 1936 al aangetoond dat elke conversie van een dataset of signaal pad leidt tot verlies van informatie ten opzichte van het origineel. We hebben het dus niet over mooi, lelijk, warm of koud, maar over keihard wiskundig wetenschappelijk bewijs!
Hoe meer of vaker een signaal wordt geconverteerd of geïnterpreteerd des te meer informatie gaat er verloren ten opzichte van het origineel. Of dit nu gebeurt in een CD speler of op een platenspeler, maakt niet uit.

Microprocessoren

Bij microprocessoren wordt er hoegenaamd niet geconverteerd. En zo wel, dan altijd op exact dezelfde, voorspelbare wijze. Let wel: Er kan daarin heel heftig worden geïnterpreteerd. Het niet hoeven converteren leidt tot een hoge mate van voorspelbaarheid van het eindresultaat. Kortom: Digitale signaalverwerking via microprocessoren leidt tot het minste signaalverlies t.o.v. het origineel. Dat hier ook heel veel interpretaties meegegeven kunnen worden is evident en natuurlijk een fantastische vooruitgang. De versterkers kunnen worden gecorrigeerd op de akoestische eigenschappen van de luisterruimte etc. Probeer dat zonder microprocessor maar eens te realiseren.

MonoBill Classic voorpaginaWanneer iemand een buizenversterker mooi vindt klinken is daar niets mis mee. Maar ga a.u.b. niet zeggen dat deze signaalverwerking beter of getrouwer is dan de microprocessor methode. Ik zeg expliciet niet digitale methode, zie bovenstaand.
M.a.w. De controle op de signaalverwerking via een microprocessor is zo groot en zo voorspelbaar dat het eindresultaat het dichtst bij het origineel ligt t.o.v. alle andere methoden. Vandaar de heel strakke bas, de heel heldere hoge tonen en stempartijen.

Nog beter wordt het audio technisch gezien, wanneer elke driver in een luidspreker unit zijn eigen microprocessor gestuurde eindversterker heeft, met specifiek voor die driver de te versterken frequenties. Dit was vroeger de droom van elke audiofiel en sommige merken hebben ook gepoogd dit realiseren (Linn, Proceed, Meridian). Met microprocessor gestuurde eindversterkers is dit alles een eitje. En nog goedkoop ook. M.a.w. binnen handbereid van heel veel mensen.

Streamen

Auralic Aries doorzichtAudio data streamen kent dus amper conversies t.o.v. een CD speler. Conclusie: Streamen leidt tot nog minder data verlies t.o.v. origineel dan de CD speler.
De informatiedichtheid op een CD schijf is vele malen groter en exacter en voorspelbaarder dan op een LP. Het is daarnaast ook veel consistenter. Technisch haalt een LP het dus niet bij een CD schijf. Wat mooier klinkt ga ik niets over zeggen, wat beter en betrouwbaarder is wel: Dat is in bovenstaand vergelijk de CD schijf.

Nu kunnen producenten natuurlijk hun eigen interpretatie geven aan de datastroom in hun spelers, maar dat is voorkeur, een kwestie van marketing. Dat bv Devialet zich wil verbijzonderen met extreem hoge verkoopprijzen en een eigen interpretatie van het signaal mag allemaal. Maar in zo’n apparaat kan echt geen betere elektronica zitten dan in een Sonos, Logitech, Denon of soortgelijke speler. Het zijn allemaal dezelfde microprocessoren. En mocht er dan toch meer elektronica inzitten gelden bovenstaande principes. En of je daar dan blij van moet worden . . .

42 thoughts on “Column – Wat betreft analoog en digitaal…

  • Je geeft nogal een statement, dat bij een microprocessor niet wordt geconverteerd. Bij een microprocessor wordt weldegelijk geconverteerd, deze geconverteerde signalen geven nog wel een voorspelbare output. Dat zegt niets over de kwaliteit van de output, enkel dat het is een voorspelbaar signaal is. Onze oren kunnen niets met dat signaal. Het is immers een signaal van aan of uit , het is digitaal het wordt wwergegeven in gekwantiseerde nummers, vaak binair, aan of uit. Nu verwachten onze oren een signaal van een bepaalde sterkte in een bepaalde tijd. De vraag wordt nu, kan het signaal gereconstrueerd worden binnen de foutmarge van onze oren? Met andere woorden, wat is de kwaliteit van het gerecreerde signaal. Daar is het waar het over gaat, het transporteren van het signaal, met een zodanige minimale conversie, dat deze binnen de foutmarge van onze oren blijft, dan immers hebben onze hersenen het idee dat dit het origineel signaal is.
    Alle componenten in een geluidsketen converteren het signaal vaak veel meer dan je lief is, dit begint al met de microfoon waarmee de opname gemaakt wordt.
    Het is aan ons hifi liefhebbers om te proberen weergeven wat de geluidsengineer in zijn studio heeft gehoord.
    Dit in een ruimte die anders is, met componenten die andere conversie doen. Laat ons geen ilusies maken dat dat ooit lukt! Laat ons deze opname dus muzikaal weergeven, naar onze smaak converteren. Daar is niks mis mee!

    Mvg,
    Joris

    Beantwoorden
    • Hallo Joris,
      Fijn dat je zo uitgebreid reageert. Ik ben het met veel genoemde zaken eens, met één uitdrukking echter niet.
      Wat bedoel je met de foutmarge in of van onze oren? Kun je dat nader omschrijven, definiëren?

      Met vriendelijke groet
      Theo

      Beantwoorden
  • Evert Aaij

    Lastige collumn
    Technisch een aardig verhaal maar heeft natuurlijk niets met muziek te maken.
    Conclusie dat een microprocessor per definitie een strakkere bas heeft en stemmen beter weergeeft is natuurlijk onzin! Daar kan ik met een paar eenvoudige luister tests het tegendeel van bewijzen.
    Perfectie is geen definitie van een mooi geluid!

    Het is jammer dat er na dit verhaal niet een stukje volgt over muzikaliteit, die volgens mij niets met perfectie te maken heeft.
    De mens interpreteert, je hersenen laten je muziek beleven.
    Juist de (kleine) imperfecties laten je van muziek genieten.
    Simpel weg omdat je er intensiever mee bezig bent. Daarom is live muziek zo mooi!!

    Ik moest denken aan een uitspraak van Alan Parsons
    “Audiophiles don’t use their system to listen to your Music.
    They use your Music to listen to their system!”

    Helaas te vaak de waarheid

    Beantwoorden
  • Niet gehinderd door enige technische kennis.
    Deels voor de grap doe ik bovenstaande uitspraak wel eens. Uiteraard is er veel technische kennis nodig om goede apparatuur te maken. Ik heb dan ook veel bewondering voor technici die zich daar mee bezig houden. Maar het gaat natuurlijk om het eindresultaat: hoe klinkt de gemiddelde lp/cd die je in de kast hebt staan. Elk stap, van microfoon tot luidspreker, “doet iets” met de klank. En wat heeft de opnametechnicus allemaal zitten doen? Meestal klinkt het thuis beroerder dan de muzikanten het hebben bedoeld. Er zitten in ieder geval teveel schakels tussen origineel en eindprodukt. Luidsprekers zijn de zwakste schakel omdat deze het meest vervormen. De uitspraak is gebaseerd op metingen van technici. Als musicus kan ik alleen maar luisteren en ik zeggen, dat de onderlinge-, klankmatige verschillen tussen luidsprekers gigantisch zijn. Zelfs in dezelfde prijsklasse zijn deze belachelijk groot. Een heleboel deugen er dan ook niet. Er zijn vooral veel overpriced speakers, met mooie verhaaltjes van verkoopmeneren.

    Evert, de schrijver voor mij, heeft het over muzikaliteit en livemuziek. Je hoort meteen het verschil tussen live en weergave middels apparatuur. Luister maar eens naar straatmuzikanten. Of ze nou goed of slecht spelen, dat maakt niet uit. Ra-ra hoe kan dat? Live hoor ik duidelijk meer van de klank van de instrumenten en meer details in stemmen. Er is meer informatie als het ware.

    Ondanks alle technische moeilijkheden heb ik een paar keer apparatuur mogen horen, die het gevoel gaf naar live-muzikanten te zitten luisteren. Daarbij was er altijd veel aandacht besteed aan de akoestiek, de keuze van de luidsprekers en natuurlijk de rest van de apparatuur. Ook was de apparatuur altijd behoorlijk kostbaar. Dure produkten zijn lang niet altijd goed, maar goede produkten zijn wel altijd duur. Het betrof telkens apparatuur tussen 50.000 en 100.00 euro.

    Zoveel geld kan ik (en ik denk eveneens vele anderen hier) helaas niet besteden. Voor 10.000 euro heb ik, in een paar tijd, een set samengesteld die voor 80-90% een dergelijke topset benaderd. Ook deze geeft mij regelmatig het gevoel, dat de muzikanten voor mij staan te spelen. Dit echter alleen bij goede opnames, want de verschillen daarin zijn net zo groot als die bij luidsprekers.

    Al met al is het een complexe materie.

    Wil

    Beantwoorden
    • Hallo Wil,
      Het even geduurd, want je hebt het over enorm veel zaken.
      Over jargon voor klank, geluid wil ik graag iets apart gaan schrijven.
      Over dure apparatuur het volgende: Luidsprekers koop je op kubieke meter inhoud van je luisterruimte/woonkamer/keuken/slaapkamer. Dat is regel 1. Een vloerstaande Kef Reference 3/2 ingeklemd tussen de radiator en het tv meubel in een doorzon woning klinkt helemaal nergens naar.
      De oorzaak is heel simpel: Door de hoeveelheid geluidsdruk van de drivers worden, door reflectie via de wanden, vloer en plafond alle nuances in het geluid overstemt. Kortom, dit formaat speakers doet het alleen goed in ruimtes met een vloeroppervlak van 100m2 of meer. Dus ik weet niet hoe groot je woont, maar misschien is dit een hele meevaller voor je.
      Kleine speakers kunnen ook heel goed dat timbre en boven/ondertonen weergeven, ze moeten alleen niet teveel last krijgen van reflecties, en omdat ze veel minder geluidsdruk produceren is kans hierop in kleinere, normale woonkamers stukken minder. Vaak is de plaatsing van kleine speakers ook veel eenvoudiger, wat je meer flexibiliteit geeft in de opstelling.
      Wat betreft elektronica. Heb ik nooit geloofd, en er ook heel veel van in huis gehad, dat dit de belangrijkste component in je installatie is. Het verandert, het heeft effect, maar nooit zoveel als de opstelling en omvang van je speakers.
      Wanneer je te grote speakers hebt, koop je vaak kabels die het een en ander filteren waardoor je het laag, of te veel aan hoog, wordt gefilterd, waardoor het lijkt dat je speakers het beter doen. Maar dit is het paard achter de wagen spannen. En erg kostbaar.
      Ik vind 10.000 euro heel veel geld voor een audioketen. Of je moet een luisterruimte hebben van groter dan 80m2. Ik heb pas de Muon nog gehoord met Hegel elektronica. Alleen de Muons kosten al 160.000 pond per paar. Ik bedoel maar. In een heel grote ruimte doen die goed hun werk, maar dit soort apparatuur is voor mensen die iets unieks willen in vormgeving en naam. Die speaker is 2 meter hoog. Het plafondhoogte van de luisterruimte moet dus ongeveer 5 meter of meer zijn.
      Het is dus eigenlijk allemaal niet zo heel complex. Vaak kopen we te groot en te zwaar. Daarnaast: Heel veel tweaks, zoals speciale, dure kabels etc. werken als een filter. Onthoudt dat heel goed. Passieve toevoegingen aan je keten kunnen zelden iets toevoegen, alleen maar weglaten.
      Met vriendelijke groet
      Theo

      Beantwoorden
  • Bedankt voor lezen van mijn column en jullie reacties hierop.
    Laat ik vooropstellen niet de pretentie te hebben in een stuk tekst alle probleemgebieden, vragen en misverstanden uit te weg te kunnen ruimen. De bedoeling was en is om de schijnbare tegenstelling digitaal – analoog te elimineren en buiten discussies te houden. Beide technieken komen in alle systemen voor, hoe of jong of oud ze ook mogen zijn.
    Over geluid, akoestiek en de oren heb ik nog het een en ander in petto. Wellicht een volgende keer.
    De opmerking dat de inhoud van de tekst niets met muziek te maken heeft is natuurlijk waar. Het gaat over het proces en niet over de inhoud.

    Met de term muzikaliteit heb ik wat moeite. Wat de een op een foto scherpte noemt, noemt de ander weer contrast. Ik wil hierover nog het een en ander over schrijven. Verder ben ik het oneens dat apparatuur heel duur moet zijn om beleving of muzikaliteit te bereiken of te horen. IKEA’s nieuwste slogan, met aandacht wordt alles mooier, is hier zeer op zijn plaats.

    Groet
    Theo

    Beantwoorden
  • Het is inderdaad een lastige column. Want je hebt kwaliteit van meten (objectief) en kwaliteit van horen (subjectief).

    Digitaal in de meet- en regeltechniek betekent: ‘bemonstering op discrete (dus vastgestelde) tijdstippen met een onvariabele waarde’ in dat technisch opzicht is de LP dus wél degelijk analoog ten opzichte van de CD.

    Er zijn tal van onderzoeken geweest die aangeven waarom een bepaalde groep mensen de voorkeur geven aan een analoog medium ten opzichte van digitaal. Of aan een buizenversterker ten opzichte van een solid state etc. Dat had ik toch ook erg graag willen lezen in dit artikel.

    Zelf ben ik van mening dat iedere media (LP/CD Buizen/Solid etc) zijn goede sterke kanten heeft. Zelf draai ik met alle plezier CD’s en LP’s op zowel buizen als solid state versterkers.

    Beantwoorden
    • Hallo Milo,
      Bedankt voor je reactie. Het is heel handig om voor begonnen wordt subjectief uit te drukken hoe iets klinkt, meet technisch vast te stellen waartoe bijvoorbeeld het gehoor toe in staat is. Daarnaast is het ook niet verkeerd eens te meten waartoe bijvoorbeeld een symfonie-orkest toe in staat is. De cijfers zijn vaak onthutsend t.o.v. de specificaties van diverse audioapparatuur. Ik wil daar nog een keer wat uitgebreider op ingaan, maar bijvoorbeeld: De hoogste C van en Bosendorfer concertvleugel heeft een bereikt van 4900 Hz. Daarna komt nog de hoogste C van een piccolo; 9000 Hz. Deze getallen zetten al die prachtige specificaties toch in een ander daglicht. En leren ons ook dat we niet overspannen moeten reageren op allerlei super hoge frequenties of bemonsteringsmethoden.
      Wat het bemonsteren betreft. Dat is een techniek, net zo als het aflezen van de naald van een element op een draaitafel ook een techniek is. De vaste interval van de draaitafel is de rotatiesnelheid. De uit te lezen informatie op het vinyl ligt vast, is onveranderlijk, dus weldegelijk digitaal. We kunnen onmogelijk deze twee technieken met elkaar vergelijken. Lijkt mij een vrij zinledige onderneming.
      Met vriendelijke groet
      Theo

      Beantwoorden
      • Hallo Theo,
        Je schrijft: “Daarnaast is het ook niet verkeerd eens te meten waartoe bijvoorbeeld een symfonie-orkest toe in staat is… De hoogste C van en Bosendorfer concertvleugel heeft een bereikt van 4900 Hz…Deze getallen zetten al die prachtige specificaties toch in een ander daglicht.”

        Dit lijkt me een kromme redenering. De grondtoon van die hoogste noot is misschien wel 4900 Hz, de klank ervan die we horen bestaat uit de grondtoon en het volledige spectrum van de boventonen. Eerste boventoon is het octaaf, is al ineens 9800 Hz , vierde boventoon is al 19400 Hz. Dit is buiten het hoorbare gebied. Door de verschilfrequenties van verschillende samenklinkende tonen kan die vierde boventoon toch nog een invloed hebben binnen het hoorbare gebied. Als die boventoon van 19400 Hz samen klinkt met een toon van pakweg 10000 Hz krijgen we de verschilfrequentie 9400 Hz te horen. Toch niet onzinnig om de bovengrens van apparatuur tot 20000 Hz te laten doorlopen lijkt me. De boventonen van een symfonie-orkest zijn veel hoger dan wat je laat uitschijnen. De klankkleur van de piccolo in je voorbeeld wordt mee bepaald door de samenstelling van de boventonen, veel hoger dan 9000 Hz dus. Een piano wordt op het gehoor gestemd door het luisteren naar de boventonen …

        Met vriendelijke groet,
        Paul

        Beantwoorden
  • Hallo Theo,
    Leuk verhaal en prijzenswaardig dat je je ideeën met ons wilt delen. Ik heb echter wat moeite met jouw definitie van digitaal. Als een LP digitaal zou zijn, dan is een wasrol dat ook. In tegenstelling tot wat ik digitaal noem, is de opname en weergave van analoge media een directe neerslag van de omgevingsfrequenties. Bij digitale informatie daar en tegen, gaat het over in cijfers omgezette informatie m.b.t. het aangetroffen frequentiespectrum op basis van samples in de tijd.
    Een typisch voorbeeld van het verschil zit hem in de timing. Als je een CD draait op een DVD/CD-speler die 1x t/m 32x speed kan lezen, zal de weergegeven muziek bij elke gegeven snelheid in principe niet veranderen, omdat een 32/24/16bit bytewaarde nou eenmaal altijd zijn waarde houdt. Hoe anders is dit bij een wasrol of LP, waar de snelheid van de slinger of de motor van de platenspeler bepalend is voor zowel de frequentie als timing. Hee dat lijkt op een 1:1 verhouding! Ja dat klopt… dat is analoog.

    Beantwoorden
  • Hallo Peter,
    Bedankt voor het lezen van mijn artikel en je reactie hierop.
    Doel van het artikel is om de scherpe kantjes van de discussie tussen analoog en digitaal wat af te vijlen. En inderdaad, een wasrol bevat nu eenmaal gekwantificeerde, dus digitale informatie.
    Dat is wat ik graag voor het voetlicht wil brengen. Je kunt je niet in een digitaal kamp bewegen zonder analoge processen en andersom.
    Nogmaals, analoog is omzetten, converteren in een ander proces. Digitaliseren is omzetten/ converteren in getallen. Wanneer ik een kwikthermometer aflees is dat een analoog proces. Zodra ik de temperatuur op het formulier/papier noteer heb ik het gedigitaliseerd. Sterker nog, zodra ik roep het is 11 graden heb ik het gedigitaliseerd. Het zijn geen tegengestelde processen, of concurrerende processen. Het ene proces kan onmogelijk werken zonder het andere.
    Het vervelende is dat in audioland Vinyl analoog wordt genoemd en CD digitaal. Dat praat natuurlijk heel gemakkelijk, maar dat is altijd het geval met gegeneraliseerde oordelen. De zwarte hoed wordt gedragen door de gemenerik en de witte door goeierd. Ik wil nu juist bereiken dat de termen analoog en digitaal daar worden gebruikt waar ze feitelijk van toepassing zijn.
    Het uitlezen van een CD is een analoog proces. Verwerking van de uitgelezen data is een digitaal proces. De groeven op een LP zijn een digitaal gegeven, het uitlezen van deze data is een analoog proces. Bij de LP vinden veel meer verschillende analoge processen plaats dan bij de CD speler. Beide technieken hebben beide processen nodig om te kunnen functioneren.
    Dat is het statement wat ik wil maken.

    Beantwoorden
    • Hoi Theo

      “De groeven op een LP zijn een digitaal gegeven” dat mag je even uitleggen want volgens mij is de groef een analoge reproductie van het opgenomen muziekstuk.

      Het muziekstuk is opgenomen met een microfoon waarbij het signaal analoog van luchttrillingen via een transducer (microfoon) recht evenredig (analogie) word omgezet naar een elektrische spanning, hier vind dus een analoge omzetting plaats waarbij de luchtdruk word vertaald naar spanning, hoe hoger de luchtdruk op het membraan van de microfoon des te groter de spanning die de microfoon afgeeft (analogie).

      Spelen we de opname terug dan zetten we het uitgangssignaal spanningen om in luchtdruk middels een transducer (luidspreker) en kunnen we constateren dat de analogie hier ook van toepassing is want hoe meer spanning er op de luidspreker komt des te harder word het geluid, met deze opname kunnen we ook de transducer (snijbeitel) in de lakplaat op de platensnijmachine sturen waarbij we ook hier zien dat ook hier analogie optreed want hoe hoger de spanning hoe dieper de groef.

      Deze lakplaat kunnen we ter controle ook afspelen waarbij weer een ander type transducer wordt gebruikt en wel het element, tijdens het afspelen worden de groefwanden afgetast waardoor de naald in beweging komt, deze levert vervolgens een spanning af die weer recht evenredig is met de bewegingen van de naald en dus met de mechanische presentatie van het muziekstuk en ook hier analogie plaats vindt.

      Want alle omzettingen welke middels vele transducers omgezet worden blijven recht evenredig aan elkaar, van luchttrillingen naar elektrische spanningen (microfoon), van elektrische spanningen naar magnetische velden (recorder), van magnetische velden naar elektrische spanningen (recorder), van elektrische spanningen naar mechanische trillingen (snijkop), van mechanische trillingen naar elektrische spanningen (element), en van elektrische spanningen naar luchttrillingen (luidspreker).

      Het hele gebeuren in een notendop waarbij ik maar even alle noodzakelijke versterking heb weggelaten, het hele gebeuren is een complete analogie van opname tot weergave en ondanks dat het onderweg via allerlei transducers van het ene natuurkundige gegeven naar het andere overgaat blijft de analogie grotendeels intact, ik schrijf ook bewust grotendeels daar er middels al die verschillende omzettingen verlies optreed, desondanks blijft het hele gebeuren analoog en zijn we in staat om zelfs met heel beperkte middelen op heel veel plekken in de deze keten het geluid ten gehore te brengen.

      Hoe anders is digitaal, we trekken het hele signaal uiteen in bits die we dan 0 en 1 noemen en maken daar een nieuw signaal van, van enige natuurkundige analogie is geen sprake meer, kortom we hebben een computer nodig om dit te kunnen verwerken, en ik vind en computer een mooi ding maar er is weinig natuurkunde aan en ga ik even mank in jou stelling Theo, ik sluit mij dan ook bij Peter aan, lees anders ter informatie dit artikel: https://nl.wikipedia.org/wiki/Analoog

      Beantwoorden
      • Hallo Dirk,
        Sorry voor de wat verlate reactie, ben er even tussenuit geweest.
        Ik heb diverse malen geprobeerd uit te leggen dat het me om het proces gaat, precies zoals jij het in je reactie zo mooi hebt uitgelegd. Punt.
        Ik laat me niet in met de inhoud. Ik probeer dat gescheiden te houden. In je laatste alinea laat onmiskenbaar doorschemeren dat je de CD speler, streaming audio, niets vindt. Dat is je goed recht en ik ga daar niet op evangeliseren. Het heeft ook niets met het proces te maken.
        Ik heb proberen te aan te geven dat digitale en analoge processen onmiskenbaar met elkaar verbonden zijn, en dat zonder beide processen, ook vinylenthousiasten, niet naar hun geliefde muziek kunnen luisteren. Want draait jou draaitafel ook netjes met 33,3 toeren per 60 seconden rond? En zijn er in de vinylwereld niet tal op controlemiddelen en aanpassingen om dit te monitoren en te corrigeren d.m.v. aparte, heel exact afgestelde voedingen? Dat is het punt wat ik maken wil.
        Nog even dit: een signaal wordt om het te digitaliseren niet uiteengereten. Het woord klinkt vreselijk, maar menig gekwantificeerd signaal bevat vele malen meer informatie dan het oorspronkelijk elektrische signaal. En zo gebruiken we ineens de juiste terminologie.
        Met vriendelijke groet
        Theo

        Beantwoorden
        • Persoonlijk hou ik het op de algemeen geldende definities, voor mij is de LP een analoge reproductie van een muziekstuk en de CD een digitale reproductie van een muziekstuk.

          Ik denk dat deze aanduidingen ook gewoon makkelijk te begrijpen zijn en dat dit niet voor niets zo ingeburgerd is, het is voor de meesten ook niet relevant om te weten welke processen er in hun muziek installatie nodig zijn om de muziek weer te geven, voor hen gaat het net zoals mij om de muziek.

          En de muziek staat bij mij op allerlei bronnen, analoog en digitaal, en met name mijn muziek PC staat het meeste aan, dus een hekel aan de CD en streaming audio? nou nee hoor, ik kan best leven met digitaal.

          Beantwoorden
  • Beste Theo,

    Bedankt voor je reactie. Toch nog even (als Pianotechnicus) inhaken op de Bösendorfer Imperial vleugel. Het houdt niet op bij die hoogste C (die vaak al erg breed gestemd is), er is ook nog een extra deel van de snaar dat meeklinkt (duplex scale) waarvan de frequenties vaak ver boven onze gehoorgrens liggen.

    Demp je die snaren af, dan verliest de vleugel sterk aan ‘glans’. Hier speelt de theorie van de missing fundamental mede een rol. De extra boventonen benadrukken de grondtoon, of je die nu kunt horen of niet.

    De laagste bassen van de Imperial (lager dan 25Hz!) kun je vaak alleen ervaren als je bij het instrument bent. De bassen lager dan de diepste A klinken als staalkabels, maar net als bij orgels kun je de diepste trilling wel voelen.

    Beantwoorden
  • Hallo Milo,
    Kijk, dat vind ik nu het mooie van zo’n site als deze. Prachtige aanvulling en leerzame info.
    Is het dan zo dan bij een “gemiddelde” piano/vleugel de laagste A niet onder de 80Hz komt? Of bereik je hiermee ook frequenties onder de 40 Hz?
    Ik vraag dit omdat ik nogal eens lees en hoor dat bij akoestische muziek het allemaal wel meevalt met die lage tonen, en dat je onder de 80 Hz niets hoeft te versterken?
    Groet
    Theo

    Beantwoorden
    • Hallo allen,

      Analoog blijft een mooi geleidelijk signaal , terwijl Digitaal getrapt is.

      Analoog als een glijbaan , Digitaal als een trap ( Waar glij jij liever af )

      Met groet,

      Hugo.

      Beantwoorden
      • Hugo,
        Bedankt voor je korte, en heel duidelijke reactie.
        Wat doe jij wanneer je naar beneden bent gegleden en je weer omhoog moet? Kies je dan de analoge representatie of voor de trapjes? Ik bedoel maar, het zijn allemaal keuzes.
        Wat je in die paar regels verwoord is wat de meeste mensen als beeld zich voorstellen wanneer het gaat over het “verschil“ tussen analoog en digitaal.
        Persoonlijk vind ik het jammer dat dit grafische beeld een eigen leven is gaan leiden met interpretaties die foutief en deels onwaar zijn.
        Wanneer je spreekt over een digitaal signaal, spreek je over digitale signaalverwerking, en wanneer je spreekt over een analoog signaal spreek je over analoge signaalverwerking.
        Want hoe je het ook wendt of keert beide signaaltypen zijn begrensd. Wanneer er door luchtdrukwijzigingen in een microfoon een membraam begint te trillen, evenredig met die luchtdrukverschillen, worden die trillingen omgezet in elektrische spanningen. Deze spanningen zijn door die luchtdrukverschillen gekwantificeerd. Anders was er geen signaal! Zo eenvoudig is het.
        Wanneer spanningsverschillen worden omgezet in patronen van die spanningsverschillen is dat signaal ook gekwantificeerd. Sommige trekken dan de conclusie dat er in dat patroon een moment er niets is. Geen signaal, geen informatie, verlies aan informatie etc. Dat er een soort spanningsledigheid in dat signaal zit.
        Dat is een onjuiste perceptie van wat er gebeurt.
        Dat beeld van dat trapje is een erg ongelukkige voorstelling van een digitale signaalverwerking. Een analoog signaal kent een soortgelijk beeld. Dat zou je voor kunnen stellen als een helling met allemaal keien. Echter, die zijn zo klein dat het verwaarloosbaar is, we horen het niet, dus heeft het geen effect op wat we willen bereiken. Bij een digitaal signaal is er precies hetzelfde fenomeen gaande, alleen in dit grafische beeld worden die oneffenheden als trapjes, veel te groot uitvergroot, weer gegeven t.o.v. de analoge sinus.
        Beide manier van signaalverwerkingen kennen ruis. Het is absoluut niet zinvol om die ruis van beide systemen uit te vergroten en met elkaar te vergelijken. Ontwerpers van IC’s, maar ook van buizenversterkers, kennen deze vorm van ruis en weten dat elk element wat ze toevoegen ook die ruis wordt toegevoegd. Grappig is dat ik die ruis in het “analoge kamp” nooit hoor verwoorden, en dat die ruis bij digitale signaalverwerking ineens een probleem zou zijn.
        Wat overblijft is de reconstructie van een eenmaal verworven (microfoon) signaal. In die reconstructie zijn ontzettend veel interpretaties en mogelijkheden uitvoerbaar. En dat wordt ook gedaan. Vooral bij digitale signaalverwerking, omdat het hier relatief eenvoudig en goedkoop kan.
        Het verschil zit hem dus altijd in de reconstructie, interpretatie van een signaal. Dat is wat High-End wordt genoemd. En dat is precies de reden waarom al die merken onderling zo verschillend van elkaar klinken: Buizen, ASICS, CD’s, DAC’s, draaitafels, elementen en ga zo maar door. Dit allemaal losstaand van de kwaliteit van de gebruikte componenten, want ook bij goedkope onderdelen is er altijd weer sprake van interpretatie en reconstructie.
        Met vriendelijke groet
        Theo Foekens

        Beantwoorden
  • Ik heb niets tegen digitaal, en niets tegen analoog, ik wil liefde voor de muziek van de muzikanten uit mijn luidsprekers horen komen.
    Deze column is wat mij betreft warrig en bijzonder slecht geschreven, en slaat technisch helemaal nergens op, gaat niet over muziek, we hebben er helemaal niets aan.
    Niet meer op reageren en niet meer laten schrijven voor Audio Creative……..
    Dick, Marco, ga door met leuke artikelen over muzikale apparatuur, maar schrijf ze zelf.

    Beantwoorden
    • Hallo Bram, …ik weet niet of je het door hebt maar deze site gaat over MUZIEK & TECHNIEK en dat het jou niet interesseert wil nog niet zeggen dat dat ook voor anderen geldt dus ik zou tegen Theo willen zeggen…gewoon doorgaan met de interessante artikelen die over audio & techniek gaan. Ik heb de discussies digitaal versus analoog ook in de ’80 er jaren gevold en ook toen kwamen veel reacties los, positief en negatief en dat zal wel zo blijven maar onbegrijpelijk zijn deze artikelen zeker niet en ook niet warrig of slecht geschreven, dat vindt ik eerder van jou reactie.
      Groet, Derk

      Beantwoorden
    • Hallo Bram,

      Theo heeft naar mijn bescheiden mening een prima column geschreven. Eentje die de mensen na laat denken en reacties los maakt. Het kan echter niet zo zijn dat als je het ergens niet mee eens bent, de bewuste auteur maar even snel op non-actief moeten worden gezet. Dan kunnen we nog wel even bezig blijven op het internet…:-)

      Is de column warrig geschreven? Zeker niet, Theo schrijft in klare taal zijn mening op.
      Is het slecht geschreven? Zeker ook niet, Theo beheerst onze moedertaal uitstekend.

      Vind je de inhoud nergens op slaan? Dat kan en dat mag zelf! Reageer dan niet of nog liever: schrijf in je commentaar hoe je het zelf ziet, dat geeft een discussie inhoud. Niet even snel de boel afbranden…

      Het is hier geen forum waar iedereen maar iedereen virtueel op de vuist gaat. Daar waken zowel Marco al ik wel voor. Daarom duurt het ook altijd even voor reacties daadwerkelijk te lezen zijn.

      Beantwoorden
  • Prima artikel van de auteur. De hifi wereld staat al vol van reviews op basis van persoonlijke meningen en vage theorien waarvan je je kunt afvragen hoe persoonlijk ze zijn. Technisch kan ik het artikel niet volledig doorgronden en inhoudelijk kan ik er geen commentaar op het klinkt aannemelijk en is helder geschreven. Leuk die discussie analoog digitaal, draai ook graag een plaatje maar in feite is het ongelofelijk hoe goed dat nog klinkt: een pat stuk plastic waar groeven in gesneden worden en afgetast met een naald. Bizar primitief eigenlijk en nog vreemder dat mensen dit nog steeds serieus nemen als de ultieme source ! De foutmarge is oneindig groter dan digitaal..

    Beantwoorden
    • Hallo Hendrik,

      Bedankt voor je reactie en het willen meedenken.
      Je laatste twee zinnen zijn natuur heel intrigerend. Je zou je ook af kunnen vragen of onze oren wel zo gevoelig zijn. M.a.w.: Al die perfectie draagt dan niet bij aan een beter geluid, en slaat dus de plank volledig mis. Wie zegt dat wij een perfect gehoor hebben? De foutmarge, of nauwkeurigheid van ons gehoor is plus/min 3Hz. Frequenties horen ver achter de komma is er dus al niet bij. Tsja, misschien is dan zo’n imperfect, heel mechanisch systeem juist dan wel heel erg geschikt voor een net zo imperfect, bijpassend gehoorsysteem.
      Met vriendelijke groet
      Theo

      Beantwoorden
      • theo, ik bedenk ook maar wat maar ik mis vaak een heldere en technische onderbouwing die veel zaken verklaren waar ons imperfecte gehoor niet toe in staat is. Via de -user group- van Harbeth ben ik toch wel wat wijzer geworden. Bijvoorbeeld, ik was in de veronderstelling dat mijn volledig gereviseerde Lenco L 75 een veel ruimtelijker beeld maakte dan de digitale versie. Dit was niet alleen mijn idee maar ook van mijn -audiofiele- vrienden. De eigenaar van harbeth ( alan shaw) heeft me via testen en opnames duidelijk gemaakt wat ik ervaarde… niet het medium lp is in staat tot een meer ruimtelijke weergave maar het brein maar pnames met een geringe mate van ruis op de achtergrond geven namelijk de illusie van een meer ruimtelijk geluid, je kunt dit eenvoudig zelf testen en het werkt echt. toch een verklaring van mijn ervaring. tuurlijk je kunt zeggen dat de lp nog steeds mooier klinkt maar dat is een ander verhaal. doel is de beste weergave als door de microfoon opgenomen. dat een imperfect systeem beter past bij ons menselijk gehoor is een interessante theorie maar staat toch ver af van wat onze audiofiele vrienden zullen beweren. Nog een voorbeeldje , we zeuren over jitter bij dac’s alsof dit een probleem is voor ons ( perfecte) gehoor. wow en flutter bij de lp is natuurlijk vele malen groter. Ik blijf het raar vinden dat we neuzelen over versterkers, dac;s,kabels etc. terwijl de speaker allesbepalend is.

        Beantwoorden
      • Hallo Theo,
        Ik ben benieuwd naar je beloofde artikel(en) over het gehoor en wil nog even opmerken dat onze oren het microfoontje vertegenwoordigen en onze hersenen de opgevangen trillingen moeten omzetten/vertalen naar iets… maar hoe goed zijn onze oren en wat gebeurt er in onze hersenen, we kunnen dingen horen die er zijn maar ook die er niet zijn…met andere woorden…onze hersenen interpreteren/kleuren het signaal (en datzelfde geldt natuurlijk voor onze ogen, de lensjes).
        Heeft dit niets met muziek te maken en de manier waarop we iets horen/willen horen? … naar mijn mening alles.
        Groet, Derk

        Beantwoorden
  • Dag Theo,

    Sorry dat mijn reactie over de lage A in een piano of vleugel even uitbleef. Ik heb het nooit kunnen meten of gemeten gezien, maar in het algemeen wordt aangenomen dat bij kleine piano’s en vleugels de zangbodem te klein en onvoldoende flexibel is om diepe bassen (zoals 25 Hz) weer te kunnen geven. Bij piano’s kleiner dan 1 meter kun je dit vaak goed horen, de bassen klinken dan vaak erg kaal.
    Een aantal pianobouwers laat de zangbodem bij een piano ‘ los’ om de bodem extra flexibiliteit te geven. Gevolg is een beter bas maar verlies aan volume omdat de zangbodem niet meer overal verbonden is met de kast.

    Beantwoorden
  • Hallo Milo,
    Weer hartelijk dank voor je inhoudelijk zeer leerzame bijdrage.

    Met vriendelijke groet
    Theo

    Beantwoorden
  • Hallo Milo,

    Weer hartelijk dank voor inhoudelijk erg sterke bijdrage.

    Met vriendelijke groet
    Theo

    Beantwoorden
  • Nog even een reactie op het antwoord van foeke waarom alle merken verschillend klinken. Veel heeft m.i.te maken met het verlaten van de oude DIN standaard. merken prutsen met verschillen van output en input. Ieder apparaat kiest weer zijn eigen voltage en gehoormatig levert dit enorme verschillen. Dit zegt in principe niets over kwaliteit maar de meest luide presentatie zal altijd onze voorkeur hebben.
    De versterke, DAC, CD speler is een doos met techniek erin waar meer of minder fout gaat. beweringen dat de ene versterker of dac muzikaler is of nog sterker emotie heeft is natuurlijk onzin, dit soort apparaten hebben geen muzikaal karakter echter het feit dat bepaalde vervorming of clipping je aanspreekt en jou een bepaalde emotie geeft ( mooi zacht geluid..) is een ander verhaal. Wij( audiofielen) horen allerlei verschillen maar hebben vaak geen idee wat de technische oorzaak is en hoe minder benul des te meer fantasie…. en marketing.

    Beantwoorden
    • Hallo Hendrik,
      Een opmerking spreekt me zeer aan: dat elektronica en speakers geen muzikaal karakter hebben. Helemaal mee eens. Ik ben dus een groot voorstander van het idee om jargon voor het beoordelen van geluid te introduceren. Dat scheelt volgens mij een boel wartaal en misverstanden.

      Groet
      Theo

      Beantwoorden
    • Hoi Hendrik

      Ieder apparaat heeft wel degelijk zijn eigen karakter wat iets wel of niet aan de muziek toevoegt, ik geef je zeker gelijk dat het niet iets zou mogen toevoegen maar het gebeurd wel, ik noem dat de klankkleur van een apparaat.

      Neem buizenversterkers, deze klinken vaak wat warmer dan hun transistor soortgenoten, dit is dus de klankkleur van het apparaat, hier begint al meteen het verschil in technologie merkbaar te worden en is het aan de vaardigheid van de ontwerper deze ongewenste effecten te elimineren want ook buizenversterkers zouden neutraal moeten zijn.

      Elke ontwerper heeft zijn eigen filosofie om een versterker te bouwen, een mooi voorbeeld heeft Dick al gedaan met de DIY LM3886 chipamp, twee verschillende versies waarvan de ene in de voeding traditioneel met een paar grote dikke elco’s is uitgerust terwijl de andere een hele serie kleintjes heeft, de uitwerking levert dan ook twee verschillende versterkers op die verschillend klinken.

      Dat idee van de vele kleine elco’s heb ik trouwens mogen ervaren met de nieuwste Mark Levinson versterker die inderdaad veel mooier klinkt dan zijn dikke elco broer op dezelfde bron en speakers hetgeen resulteerde in een langer uitsterven van langzaam uitdovende tonen o.a. piano, de uitdovende tonen stierven vanzelf uit en werden niet al halverwege afgekapt, had ook een betere impulsweergave en een strakkere bas, dit was dus mijn interpretatie over wat ik hoorde.

      De definitie van een interpretatie is: Een interpretatie is een persoonlijk beredeneerd oordeel over de betekenis van een waarneming, een tekst of een stuk muziek (Wikipedia)

      Wat dus maar weer bewijst dat een versterker GEEN interpretatie maakt daar het geen persoon is met een eigen denkwijze maar een stuk techniek en dat deze techniek allesbepalend is voor hoe de muziek zal klinken, de mens daarentegen ervaart een andere waarneming van hetzelfde muziekstuk en interpreteert de muziek als anders, beter of slechter, mooier of lelijker, muzikaler of doods.

      Hier komt dus de persoonlijke voorkeur van de luisteraar om de hoek kijken, vaak hebben mensen toch een voorkeur voor een bepaald geluid, vaak weten ze dat niet eenduidig te plaatsen maar als je doorvraagt dan hoor je toch vrij gauw “nou deze klinkt veel muzikaler” ja en als men niet weet wat de achtergrond van het ontwerp is dan begint inderdaad vaak het speculeren, daarom probeer ik altijd de techniek te doorgronden maar ik heb dan ook een technische achtergrond.

      Daarom is het ook zo belangrijk om je nieuwe installatie goed te beluisteren voordat je hem koopt, niets is zo persoonlijk als je eigen installatie.

      Beantwoorden
  • Geweldige column. Mij maakt het echter niets uit. Ik vertrouw al jaren op mijn linker en rechter oor en laat de muziek het woord voeren. Of iets nu digitaal of analoog is. Zal mij echt een worst zijn. Het gaat mij erom wat in mijn ogen ( en oren) het mooiste klinkt. Want uiteindelijk draait het om de muziek !

    Beantwoorden
  • Hallo allemaal,
    Ik zie diverse opmerkingen langs komen dat de speakers het verschil maken.
    Dit is volgens mij ook zo….maar vergeet hierbij niet je kamer(akoestiek)

    Ik kan zeggen uit eigen ervaring… minstens zo belangrijk als de speakers zelf.
    Heel veel mensen blijven maar zoeken naar de ideale speaker, terwijl heel vaak
    je (meestal niet ideale) ruimte in combinatie met de opstelling de beperking is.

    Laat je kamer eens een keer meten, zodat je weet waar je ( vaak al ) met een paar kleine aanpassingen een verbetering kunt krijgen die je zonder deze aanpassingen met geen enkele speaker (ongeacht de prijs) voor elkaar zult krijgen.
    Ik heb overigens recent de dddac met 4 dacs en UGT`s gebouwd…. dit is digitaal
    en analoog, het maakt mij niet uit…. maar ongelofelijk muzikaal!!!!

    Verder is dit een leerzame discussie!

    Beantwoorden
  • Beste Theo

    Ik heb je verhaal diverse keren gelezen en als toch wel enigszins technisch onderlegde mens kan ik voor nog geen 10% echt mee gaan in je verhaal, je gebruikt terminologie die gewoon niet klopt.

    Zo schrijf je in de reactie op Joris die als eerste reageerde: “Hallo Joris,
    Fijn dat je zo uitgebreid reageert. Ik ben het met veel genoemde zaken eens, met één uitdrukking echter niet.
    Wat bedoel je met de foutmarge in of van onze oren? Kun je dat nader omschrijven, definiëren?”

    En lees ik nu in een van jou bovenstaande antwoorden waarop dit dus een reactie is “Wie zegt dat wij een perfect gehoor hebben? De foutmarge, of nauwkeurigheid van ons gehoor is plus/min 3Hz” je komt hier nu met een verklaring die ik Joris nergens heb zien geven naar aanleiding van jouw vraag, je vraag schijnt dus beantwoord te zijn zonder dat ik het gelezen heb.

    Feitelijk proef ik uit je hele verhaal dat zodra we iets gaan uitdrukken in getallen dat we het digitaliseren, de duiding is dus een digitale handeling, waarschijnlijk baseer je daar je kennis op, als ik lees in de Engelse Wikipedia dan is digitus “to show, point out, pronounce solemnly” als ik al naar je wijs dan is dat al een duiding dus ik digitaliseer je ter plekke. de wijsvinger heet in het Latijns dan ook digitus manūs (digit of the hand). men refereert hier dan ook aan aanwijzen en tellen met de vingers, en elke keer als de techniek meettechnisch ergens waarden aanduid dan zie jij dat als een digitale duiding, net zoals mijn draaitafel digitaal zou zijn omdat hij 33,33 toeren per minuut draait.

    Ik vind dit te simpel gedacht want zelfs in tellen zit een zekere analogie, zelfs het verloop van een heel jaar verloopt vloeiend (analoog) en dat de mens de behoefte voelt om dat gegeven tastbaar of begrijpelijk te maken heeft dus niets met een digitaal proces te maken maar met de behoefte om iets inzichtelijk te maken en dat doen we dan vaak gerelateerd aan een tijdsverloop, hierop is de volledige natuurkunde gebaseerd, desondanks blijft dit alles een analoog gegeven ook al zijn we gaan tellen en meten want zo bekijkt de mensheid dat, alles van voor de computer noemen we analoog, zo hebben we analoge muziek, analoge fotografie en analoge klokken en kunnen we dit alles meten met dB, belichtingstijd/sluitertijd of tijd, dus ook al duiden we iets dan mag het misschien wel aangewezen, gemeten en/of geteld zijn, het heeft niets van doen met wat wij tegenwoordig als digitaal zien.

    Voor mij bestaat het hedendaagse digitale gebeuren uit binaire taal en computers, binaire taal is uit of aan dus 0 of 1, en het is de combinatie van een bepaalde selectie volgorde van nullen en enen binnen een bepaalde tijdsduur die de muziek bevatten, zo staat een CD vol met binaire taal evenals elk geluidsbestand of welk databestand dan ook, binaire taal kan ook alleen met computers verwerkt worden of met apparaten die hun eigen computer aan boord hebben zoals CD spelers, DVD spelers, streamers, harddisk recorders, smartphones, tablets, laptops en desktops.

    De muziek op deze apparaten moet een proces doorlopen om het weer analoog te laten klinken, het onderdeel wat dit doet heet dan ook de processor, de muziek moet weer omgezet worden van binaire taal naar een analoge reproductie, er is dus wel degelijk van conversie sprake want zonder conversie geen analoge reproductie, kortom binair is een taal op zich wat werkt met een compleet en een totaal ander concept dan natuurkundige analogie welke immers niet binair is en zonder vertaler kan je er niets mee en blijven de speakers stil.

    Dus resumerend klopt het gewoon wat de meeste mensen denken, een LP is analoog omdat daar processen van toepassing zijn die de mensheid al eeuwen kent, en de CD is digitaal daar deze gebruik maakt van computertechnieken en is dus een digitale bron, persoonlijk vind ik dit ook gewoon duidelijk.

    Ik laat het hier dan ook verder bij.

    Beantwoorden
    • Hallo Dirk,

      En hoe gaan we een LP noemen die van een digitale opname/master is gemaakt?…:-)

      Laten we niet uit het oog verliezen dat bij bijvoorbeeld de inmiddels ook al weer bejaarde CD de signaalverwerking weliswaar digitaal is, maar dat er uit de cinchaansluitingen gewoon weer een analoog signaal komt dat naar je versterker gaat.

      Beantwoorden
      • Hoi Dick

        Datzelfde gaat ook op voor de AAD en ADD CD’s, dat waren eerst analoge masters voordat ze gedigitaliseerd zijn, en zo is het gros van de hedendaagse LP’s inderdaad van digitale masters gemaakt, digitale mastering is niet meer weg te denken in de hedendaagse muziek industrie.

        De illusie van pure digitale of analoge audiobronnen bij de omroep is sowieso voorbij, zo hoorde ik laatst dat er iemand was die volop genoten had van een lokaal radioprogramma op de FM band waarin “echte” muziek van vinyl was te horen wat beter klonk dan digitaal, toen ik hem vertelde dat elke FM zender wettelijk een digitale compressor in de lijnuitgang van mengtafel naar zender bezit die het geluid comprimeert om een te grote frequentiezwaai te voorkomen wou hij dat niet geloven.

        Voor thuisgebruik hou ik het toch gewoon op digitaal of analoog al weet ik dat de masters soms net andersom zijn, mijn AAD of ADD CD’s noem ik gewoon digitaal en mijn LP’s die van digitale masters zijn gemaakt noem ik gewoon analoog, gewoon naar het laatste doorlopen proces zoals het de (web)shop verlaten heeft want om er ook nog anataal of digiloog van te maken wordt alleen maar onoverzichtelijk 🙂

        Beantwoorden
    • Hallo Dirk,
      Even over mijn reactie op Joris zijn opmerking over het gehoor. Joris stelt dat ons gehoor imperfecties heeft. Ik vind dat je dan ook, al is het maar deels, ook aan moet aangeven wat die imperfecties zijn. En natuurlijk waar tegen je die imperfecties afzet. Die 3 Hz is maar gewoon zo’n dingetje wat heel veel mensen zich niet realiseren, net zo als in de opmerking over wow en flutter.

      Ik heb nog een aantal teksten opgestuurd over horen en muziek. of ze worden geplaatst hangt natuurlijk van Dick en Marco af.

      Groet
      Theo

      Beantwoorden
  • 1n’en .. 0’len .. aan, uit, .. ehh en wat gaat er dan aan en uit? zijn dat geen spanninkjes die komen en gaan? Doen de putjes en streepjes op de CD niet hetzelfde als de groeven op een LP, .. spanninkjes opwekken? Volgens mij wel, alleen bij een LP gaan deze spanninkjes door een keten van ongecontroleerde versterker onderdelen (phono versterker, voorversterker, eindversterker, luidsprekers),
    bij de CD gebeurt het zelfde, alleen is het hier een gecontroleerd proces totdat het signaal weer aankomt bij een ongecontroleerd deel van de keten en het gecontroleerde deel zal er uitzien(horen) zoals het aan de bron eruitzag. Voor mij is digitaal ook analoog en andersom, het verschil zit ‘m in de controle van de bitstream (spanninkjes). Het verschil in klank van de langspeelplaat komt voor een heel groot deel door de
    opbouw van de draaitafel waarbij elk onderdeeltje zijn eigen klank heeft, n.l. de plaat zelf (vinyl), de mat, het draaitafelplato, de consol, de pickup-arm, de motor, het materiaal van deze onderdelen zal doorklinken in het signaal (een plastic pickup zal ook een plastic achtige klank hebben), mijn eigen pickup die ik al tientallen jaren geleden bouwde maakte ik (de consol) van een sandwich van MDF en platen lood om en om en de buitenkant van zwart perspex, de voeding zat in een apart kastje buiten de pickup en de arm was een Mission met een Denon DL 103 MC, het geheel woog ±25kg. en klonk behoorlijk neutraal.

    Groet, Derk

    Beantwoorden
    • Hoi Derk

      Ik denk dat je dit maar eens moet lezen, digitale audio is toch wel even een stuk ingewikkelder dan je denkt.
      In een ding heb je sowieso gelijk n.l. dat de invloeden binnen een digitaal systeem minder zijn en in theorie niet verschillen vanwege die controle waar je het over hebt, toch klinken 10 naast elkaar opgestelde CD spelers allemaal verschillend vanwege het aanwezige analoge gedeelte waarin de marges verschillen door de onderdelen die er in het analoge gedeelte zit en de processen die er plaats vinden.

      Om inderdaad maar te zwijgen over al de verschillende onderdelen van een draaitafel die allemaal stuk voor stuk mede het totaal geluid bepalen, persoonlijk vind ik digitaal dan ook een hele verbetering, desondanks gebruik ik zowel digitaal als analoog gewoon door elkaar heen.

      http://www.audiologieboek.nl/htm/hfd5/5-3-2.htm

      Beantwoorden
      • Hallo Dirk,
        Natuurlijk realiseer ik me dat digitale elektronica veel ingewikkelder is als de discrete analoge elektronica, ik simplificeerde opzettelijk om mijn standpunt duidelijker te maken.. schakelende transistors in beide processen, alleen die in digitale elektronica zit waarschijnlijk met duizenden in de processors.
        Ik ben zelf overigens een audio streamer via laptop met JRiver + externe 2.5 inch schijven, DA omzetter en dat klink zo goed dat ik me niet goed kan voorstellen dat het met een draaitafel + grammofoonplaten nog beter kan, hoewel ik de in mijn reactie genoemde draaitafel + platen + zelfgebouwde maar door Peter van Willemswaard ontworpen volledig instelbare pre-pre phono versterker nog steeds bezit. Ik heb deze apparatuur begin 90er jaren in de stalling gezet en is daar sindsdien blijven staan. Dat besloot ik toen omdat steeds meer Lp’s van digitale masters werden geperst (net als tegenwoordig) en dat vond ik nogal onzinnig, en ze klonken ook digitaal-achtig, ik heb toen een CD speler aangeschaft die toen steeds beter en betaalbaarder werden en de laatste paar jaar is het streamen geworden. Misschien dat ik de draaitafel ook weer eens tevoorschijn haal maar niet om digitale Lp’s te gaan aanschaffen maar om mijn collectie analoog opgenomen en geperste platen te beluisteren.
        *Ook nog bedankt voor de link, misschien ook interessant voor anderen om meer van het digitale proces te begrijpen.

        b.t.w. Theo, ik wil die artikelen over het horen ook wel lezen, lijkt me ook interessant.

        Beantwoorden
  • Beste Lezers,

    Onderstaande link wil ik jullie niet onthouden.
    Een bijzonder informatief verhaal van Menno van de Veen over de verschillen tussen LP (analoog) en CD (digitaal) en wat onze hersenen hiermee doen.

    https://www.youtube.com/watch?v=0y_f62Mh0ug

    Veel kijkplezier!
    Groet,
    René

    Beantwoorden

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.