Column: Audio & Techniek
Het in memoriam van John van de Sluis, dat hier te lezen is, deed mijn gedachten onbewust weer afdwalen naar de jaren 80 van de vorige eeuw, een gouden eeuw voor de audio.
Terug in de tijd
Even terug naar 1982, het lijkt een eeuwigheid geleden maar het zit nog als de dag van gisteren in mijn brein gegrift. Leuke dingen onthouden we nu eenmaal gemakkelijk. Ik reisde voor mijn werk met de trein op en neer. Relaxt en iedere dag een half uurtje lekker even een blad lezen. Deze bladen werden vaak in de stationskiosk gekocht. En, hoe is het mogelijk, waren dat niet zelden audiobladen.
Eind 1982 viel mijn oog op een nieuw Nederlands audiomagazine: Audio & Techniek geheten. Met als onderschrift: ‘Eindelijk ’n blad dat deskundig informeert’. Dat sprak me meteen aan, je moet het maar durven om de gevestigde orde op deze wijze ‘voor de voeten’ te gaan lopen.
Je moet weten dat het tot ongeveer die tijd helemaal geen gewoonte was om in een recensie naar bijvoorbeeld een versterker te luisteren. Huh? Ja, als de cijfertjes klopten klonk iedere versterker immers hetzelfde! Inderdaad, het waren andere tijden. Audio & Techniek gooide een dikke knuppel in het hoenderhok en terecht!
Een antiglossy met inhoud
Zijn we anno nu glossies gewend met veel bling maar weinig inhoud, A&T was een antiglossy met veel inhoud. Het stond bijna bol van het boeiende leesvoer. Zeker, het zag er zeker in het begin aandoenlijk rommelig uit. En ik moest er destijds het niet onaanzienlijke bedrag voor neer moest tellen: 5 gulden en 95 cent. Toch heeft het blad me vanaf de eerste editie gegrepen. Het was een totaal andere benadering van de audio. Apparatuur werd niet alleen op het uiterlijk vertoon beoordeeld, ook niet op het aantal watts, de lage vervorming, ook de schakelingen werden tegen het licht gehouden en werden verbetertips aan de ontwerpers niet geschuwd.
Doorzettingsvermogen
Audio & Techniek was het geesteskind van John van der Sluis en Peter van Willenswaard. Naast de positief kritische recensies krijgt de zelfbouw audio een mooi aandeel in het blad. En ook de
dieper liggende theorie wordt niet geschuwd. Vanaf nummer 1 ben ik een vaste lezer. Tot de allerlaatste uitgave. Tja, de handel houdt nu eenmaal niet van al te kritische verhalen over hun apparaten, toen niet en nu nog minder, en dat gaat ten koste van advertenties.
Een blad maken kost veel geld, zonder advertentie-inkomsten lukt dat gewoon niet. Audio & Techniek heeft dan ook vele dalen en onderbrekingen gekend. En toch heeft het een jaar of 10 weten vol weten te houden. Later ook nog onder de vlag: Audio & Muziek. Een knap staaltje doorzettingsvermogen.
Stimulerende werking
Het blad wist niet alleen de lezer te stimuleren maar ook jonge mensen, vaak als stagiaire tijdens een studie elektronica, aan zich te binden om met audio aan de slag te gaan en eigen projecten te ontwikkelen, wat prachtige verhalen heeft opgeleverd die tot op de dag van vandaag nog de moeite van het lezen waard zijn. Ik heb voor de gelegenheid mijn verzameling A&T’s nog eens even doorgenomen. Dan kom je namen tegen als Guido Tent, Eelco Grimm en meer mannen die zich in de jaren hebben ontwikkeld tot bekende ontwikkelaars op audiogebied.
Jawel, ik heb ze allemaal trouw bewaard, de Audio & Techniek bladen, ze staan zelfs binnen handbereik op mijn werkkamer. Af en toe mag ik graag weer eens weg zwijmelen in de roerige audiotijden van de jaren 80. Gouden jaren. De opkomst van de CD, steeds beter worden versterkers, mooie audioshows in onder andere het Novotel, die parallel aan de op de loopafstand gehouden Firato in de Rai werd gehouden.
Tot op de dag van vandaag
Ik heb ook de nodige luisterdagen van Audio & Techniek bij mogen wonen. Prachtige inspirerende dagen waar we ’s avonds bij wijze van spreken met enig dwang de deur uit moesten worden gewerkt, richting huis.
De opzet van Audio & Techniek, het echt recenseren van audiospullen , van buiten en van binnen, met ondersteunende metingen samen met de nobele ambacht van de zelfbouw audio is min of meer onbewust ook in Audio Creative doorgezet.
De passie die John van de Sluis samen met Peter van Willenswaard in de jaren 80 van de vorige eeuw in Audio & Techniek stopten hebben de rest van mijn audiohobby tot op de dag van vandaag positief beïnvloed. En ik hoop dat ik mijn eigen audioactiviteiten nog even lang mag doen als John dit heeft volgehouden.
Triest. John was ook inkoper bij Van Dam in de tijd dat ik daar als vertegenwoordiger van Delcon Holland kwam. Naderhand heeft hij ookbegin jaren 70 bij Delcon -het latere Dimex- gewerkt. Hij had een geniaal -en succesvol idee. Delcon begon als groothandel in elektronica-onderdelen. Transistoren waren voor veel hobbyisten nogal anoniem. John bedacht dat als we elke transistor individueel zouden verpakken met een datasheet erbij (tot genoegen van een drukker) dat beter zou verkopen, het DelconDealersysteem was geboren, rekken vol met Delcon transistoren (een BC109 kostte 0,40 €) bij een 70-tal elketronicawinkels. Toen we hifi gingen importeren (o.a. Nikko, Radford en Elipson) gaf John ook waardevolle adviezen
Ook zijn versterkerbouwpakketten werden met succes verkocht De ” Gwensdale” -in het begin had die de bijnaam kwelduivel….maar dat veranderde gelukkig snel.
Wat heb ik genoten en veel geleerd van dit blad. Nog steeds gebruik ik een heel specifieke wijze van tegenkoppeling in een SE EL84 buizenbak. Deze werd in A&T in een interview met ik meen Arthur Seibt besproken. De ruststroom van de EL84 vloeit hierbij door de secundaire wikkeling van de uitgangstrafo. Van alle tegenkoppelingen met EL84 schakelingen (triode/penthode) klonk dit het mooiste. John was genadeloos maar oprecht in zijn mening en dat leverde niet altijd inkomsten op. Met dank aan John voor de vele lezenswaardige uren.
Helaas is een groot audio goeroe van ons heen gegaan.
Heb veel van hem geleerd.
Heb John voor het laats ontmoet in 2012 op onze audioclub Velsen.
Roland
Inderdaad Roland, John is in september 2012 nog bij Audio Club Velsen geweest, mij viel op dat de foto bij het artikel ook daar vandaan komt, zie verslag op http://www.audioclubvelsen.nl/Verslag-2012/oktober-2012.html
Inspirerend en eigenzinnig, lees vooral de laatste alinea’s van dat verslag dat geeft wel één en ander weer denk ik.
Heb hier nog de bekende P11 voorversterker, toen als bouwpakket gekocht, staan. Jaren gebruikt in combinatie met diverse eindversterkers. Toen gebouwd met maar 1 x RCA in- en uitgang. Tegenwoordig heb je zoveel andere apparatuur, dat dit volstrekt onvoldoende is, tenzij je nog een beetje “ouderwets” bent en maar van 1 muzikale bron gebruik maakt. En zo nog enkele andere ontwerpen uit die tijd gebouwd, maar deze zijn niet meer in mijn bezit. Ook ik heb nog wat artikelen uit Audio & Techniek bewaard uit die tijd.